
Autocult: Shelter (1:43)
De Shelter was een Nederlands automerk uit 1954. Het was het geesteskind van Arnold van der Goot, die voorheen bij de Britse vliegtuigfabrikant Bristol Aeroplane Company had gewerkt. Het ging om een kleine dwergauto met slechts drie wielen die voor de stad gedacht was. De Nederlandse regering had wel interesse in het project omdat het autoverkeer toen al een probleem was in Amsterdam.
De auto was vrijwel geheel zelf gebouwd, tot aan de motor toe. Slechts delen zoals de carburateur, starter, ruiten en dergelijke werden elders gefabriceerd. Van der Goot construeerde zelfs een pers waar het dak mee gevormd kon worden. De constructie van de motor maakte het mogelijk om koppeling en versnellingsbak in enkele minuten te verwisselen. Het wagentje was 2 meter lang en woog 220 kilo.
Het project werd uiteindelijk geen succes doordat - zo wordt er geschreven - assen braken en motoren in brand vlogen. Maar de ANWB schreef in die tijd al dat de wagen niet meer van zijn tijd was. Van der Goot had er al tien jaar aan gewerkt. Was de wagen zo'n 5 jaar vroeger gekomen was er wellicht een bescheiden succes geweest, maar in 1954, slechts enkele jaren voor de DAF 600 werd geïntroduceerd, wou het publiek al een "echte" auto met vier wielen. Van der Goot had al voldoende onderdelen voor 20 auto's maar slechts 7 werden daadwerkelijk gebouwd. Er zijn in ten minste twee exemplaren overgebleven, waarvan één bij Van der Goots zoon Erik en een bij verzamelaar Sjoerd ter Burg.
Opmerkelijk is dat een Duitse modelautofirma deze Nederlandse wagen maakt. De firma maakt echter meer bijzondere wagens - het lijkt zelfs de specialiteit van de firma te zijn. Zo maakt het o.a. de Argentijnse Zunder. Hiertelande nagenoeg onbekend, de Lightburn Zeta uit Australië en de "Kohlruss Käfer" uit Oostenrijk.